Zij-instromer

Zij-instromer

Ik wil dat ze geloven dat ze echt wat kunnen en dat ze niet denken dat ze niet goed genoeg zijn.

“Tien jaar geleden ben ik op de School voor ICT komen werken, daarvoor werkte ik als freelancer in hetzelfde werkveld als waar ik nu les in geef. Ik kreeg te horen dat er een docent vrij plotseling was gestopt en kon dus eigenlijk meteen beginnen. Als freelancer had ik veel werk, steeds meer opdrachten en ik zat ontzettend veel in de auto. Het grote voordeel is dat ik nu veel meer tijd heb voor mijn kinderen.” Jeen de Jong is docent op de School voor ICT.

Genieten en uitdagen

“In het onderwijs voel ik me prima op mijn plek. Ik begin steeds meer van mijn rol te genieten. Ontwikkelingen maak je ook veel bewuster mee binnen het onderwijs. Echt interessant is bijvoorbeeld de samenwerking met andere sectoren van Mondriaan, zoals bijvoorbeeld mode of zorg. Zo is er een project waarin onze studenten applicaties ontwikkelen voor zorginstellingen. Zij moeten het gebruik daarvan ook aan bejaarden kunnen uitleggen. Sommige studenten gaan dat dan eerst oefenen met hun eigen opa en oma. Fantastisch toch! Ik houd ervan om studenten uit te dagen en ze verantwoordelijkheid te geven, dan zie je ze groeien.”

Even wennen

“In het begin was ik als docent nog niet onderwijsbevoegd. Ik heb al snel mijn PDA (PedagogischDidactische Aantekening) gehaald en kreeg daar ondersteuning bij vanuit Mondriaan. In het begin was het natuurlijk ook wennen. Je moet hier goed met studenten van verschillende achtergronden en culturen om kunnen gaan. Gelukkig is dat goed gelukt. Ik heb ook een goede band met andere docenten. Ik geef les in applicatieontwikkeling. Toen ik begon was er nog amper goed lesmateriaal, maar nu zijn er wel goede boeken voor het mbo. De studenten hier kennen mij goed, ze weten wat ze aan me hebben. Ik sta bekend als streng, maar ook als iemand waar ruimte is voor gein in de klas.”

De goede kant op

“Ik vind dat je als mbo-docent een belangrijke maatschappelijke bijdrage levert. Ik stuur studenten de goede kant op. Ik wil dat ze geloven dat ze echt wat kunnen en dat ze niet denken dat ze niet goed genoeg zijn. Ik had ooit studenten die bijvoorbeeld van de Pleysierschool kwamen, een school voor leerlingen met een gedragsstoornis of psychiatrische problematiek, die hier enorm gegroeid zijn. Die zitten nu op de TU of ze hebben een baan waarvoor ze elke maand naar Los Angeles vliegen. Met sommige heb ik nu nog steeds contact, dan krijg ik weer een berichtje van ze en spreken ze me nog steeds aan met ‘Meneer de Jong’, prachtig vind ik dat!”

Ervaar hoe het er nú aan toe gaat, want het is waarschijnlijk anders dan toen je zelf nog onderwijs volgde.

De tip van Jeen